Villalbilla de Burgos. De benen zijn behoorlijk stijf van dat dagje rust en het duurt even voor ik een beetje “normaal” kan lopen. Het been is nog wel wat pijnlijk, maar het gaat beter dan ik had durven hopen. Mijn tempo ligt uiteraard wel laag, dus ik wordt door velen ingehaald. Zolang mijn been het volhoudt, vind ik alles best.
Blijkbaar heb ik ergens een dorp gemist, want voor ik het weet zie ik Tardajos op de borden staan. Nou ja, het gaat prima zo en ik heb alle tijd van de wereld, dus ik loop rustig door. Iets voor Tardajos passeert mij een oude bekende. Een Française. Ze vraagt waar ik vandaag naar toe wil. Ik heb geen idee. In eerste instantie wilde ik naar het vorig dorp, dus alles wat ik loop is meegenomen. Als het gaat zo als nu, misschien wel Hornillos. Ze geeft aan dat daar weinig plaatsen zijn, maar wel voor mij wil reserveren, aangezien ik niet zo snel kan lopen. Ze schrijft mijn naam op en belooft een plekje voor me te regelen.
In Tardajos eet ik mijn boterham (met tortilla) en een kop koffie en kom weer in gesprek met een Duitse jongen (die van de rugzak in Burgos). Ik zag hem voor het eerst op een terras in Los Arcos, waar we (Henning en ik) ons enorm aan het irriteren waren aan de vreselijke liedjes van die gekke Duitse zwervers met een hond. Het tegendeel blijkt waar.
Kila (zijn werkelijke naam gebruikt hij niet meer sinds hij bij een boeddhistische orde is gegaan) is heel spiritueel en had onderweg kennis gemaakt met de andere “zwerver”. Ze wisten beiden niet goed wat ze moesten verwachten en hadden zo goed als hun hele hebben en houwen in de rugzak zitten. De ander is inmiddels al naar huis en hij heeft de helft van zijn bagage teruggestuurd per post, vandaar dat hij een andere rugzak nodig had.
We lopen samen een eind op weg naar Hornillos en hebben een mooi gesprek over onder andere vooroordelen. Net als dat ik niets van hem wist, kon hij zich niet indenken wat er in mijn hoofd omgaat. Opnieuw blijkt dat alleen door echt contact met mensen je een beetje van hun wereld te zien krijgt. Het is vaak ingewikkelder, mooier, idioter dan ik me kan voorstellen. En de Camino doet zijn werk. Ik neem even pauze, Kila loopt rustig door, met de door zijn vriendin versierde wandelstok. Tot later.
Nadat ik een uurtje of wat even heb liggen slapen in het hoge gras aan de kant van de weg, loop ik een voor mij verrassend laatste stuk richting Hornillos. Verrassend omdat het behoorlijk stijl en lang naar beneden gaat. En dat is nou net de richting die mijn been niet wil gaan. Stap voor stap…
Blijkbaar is het van verre te zien, want niet veel later, ik ben halverwege, komt de Française mijn kant op lopen. Ze is zelf al in de herberg geweest en wilde weten of ik er al aankwam. Ze zag me de heuvel afkomen. Ze wil mijn rugzak wel dragen(!?). Trots (of eigenwijs) als ik ben bedank ik vriendelijk en strompel verder. Met een ratelende bezorgde Française aan mijn zijde en een extra zware rugzak (ik loop op sandalen vandaag en heb mijn bergschoenen aan mijn rugzak gebonden; beter voor mijn been).
Ik ben blij dat ik het gehaald heb, maar minder blij met de zeer slechte bereikbaarheid hier. “Wifi? Haha. We hebben hier zelfs geen fatsoenlijk bereik om te bellen!!” Oké. Ik heb bereik en dus stuur ik op goed geluk een sms. Ik vertel niet waar ik zit, anders maakt Erika zich nog meer zorgen en zegt mijn broer weer dat ik niet genoeg rust ;-)
Na een colaatje, wat tolken, een praatje en een bezoekje aan de lokale “supermarkt”, klim ik op bed en begin te lezen in één van de boekjes die door Pelgrims worden achtergelaten. Frankenstein. In het Engels. Er was ook een boek van Dan Brown, maar mijn Deens is niet zo goed. Had ook Zweeds kunnen zijn…
De tijd gaat razend snel. Ik heb kennelijk een uur of twee geslapen, want het is inmiddels al zes uur geweest. Ik ga nog even verder in mijn boek en besluit dan even aan de grote tafel in de keuken te gaan zitten. Er zit een behoorlijke wijsneus de jongedame van de receptie zijn “religie” aan te praten. Ik hoor het allemaal aan en op een gegeven moment kan ik me niet meer bedwingen en doe mee. Ook de Française spreekt een woordje mee, maar haar Spaans is niet voldoende en besluit vooral te luisteren.
De wijsneus gaat door: “In de bijbel staat geschreven…”. “Als ik mijn boekje pak en daar een citaat uithaal, staat dat ook geschreven, al hoeft dat nog niet waar te zijn. En net als dit boekje, is ook de Bijbel ooit gecorrigeerd en passages bijgevoegd, uitgehaald, enz. Hoe weet je nou dat wat daar in staat waar is of dat “ze” willen dat je denkt dat het waar is?”. Hij weer: “Nee, want in de bijbel…”. Voordat ik opsta om te gaan eten besluit ik met: “Kijk dat is het mooie van geloven. Geloven. Daar is geen bewijs voor nodig, toch? Je gelooft of niet.“